Foto's: 29.xii.2011, 22.iii.2016
Los Molinos de La Fuevahet dak met een groot zeil bedekt en steunen geplaatst onder de balken. Het hielp weinig, want het dekzeil was weldra met de wind mee gewaaid. In 2016 konden we door het dak de blauwe lucht zien. Als er niet spoedig iets wordt gedaan, verliest La Fueva dit juweel van oude techniek. Dat zou bijzonder beschamend zijn.
De houten latei boven de deur toont het jaar 1831. De deur zelf is overdekt met talloze graveringen (3).
Veel A's
en onvolledige Años
, enkele initialen (kenmerkend gevolg van bezoekers van het foute soort),
moeilijk te interpreteren strepen en ook een vrij duidelijke inscriptie Año 1920 Molino Arinero
.
De deurposten zijn van steen en dragen beschermende kruistekens. Het zijn er maar enkele, veel minder dan in Foradada del Toscar vlakbij, of Abellada.
harinal) die het verse meel opvangt.
canaleta
tolva) opgehangen in een houten kader (
caballete), in het centrum van de steenkist en het graan valt tussen de stenen via een veel kleinere trechter uit ijzer (zie bv. in Villalangua).
De installatie hier is van een vroeger type met een tolva die buiten het centrum van de stenen hangt.
Het graan valt van de kaar in een schuddebak (canaleta
) (6) en dan tussen de stenen.
Nergens in ons studiegebied hebben we een draaibare kaar gezien. Zelfs niet in
Ainielle — het voedingsmechanisme ginder is vast aan de muur.
Buiten de replica in Los Molinos is dit een uniek stuk.
De trechter is gemonteerd op drie punten. Twee armen zitten vast aan de as (5) en ondersteunen
de kaar vanaf onderaan. Aan de bovenrand van de tolva steekt een gebogen stuk hout vooruit (8).
Dat stuk past in een spleet in de as. Een pin zet het geheel vast.
Verborgen achter de tolva is er een kleine driekantige opening in de muur naar het noorden. Door die opening kon de molenaar een oogje houden op de aanvoergoot (11) en het water vooraleer dat in de cárcavo kwam.
Het kanaal eindigt in een open goot van verschillende meters lang (11) en samengesteld uit houten planken die aan elkaar gehecht zijn met een stuiknaad versterkt met een nagel.
paradera)
Vaut le détour— en is de kleine kans op een natte schoen meer dan waard.
De mond van de cárcavo is vrij smal voor zijn hoogte (12) en de boog is niet helemaal symmetrisch.
Aan de binnenkant is de doorsnede driehoekig (13, 15) en het ziet er naar uit dat maximaal gebruik is gemaakt van de natuurlijke vorm van de rots! Het moet een enorm werk zijn geweest om de schachten te boren voor de as van het wiel, voor de lichtstang (levador) en het stop-mechanisme.
De rodete
en de árbol
(wiel en as, 13) zijn uit hout.
Het wiel is werkelijk bijzonder: het is een volle houten schijf samengesteld uit planken (14).
De schoepen zijn spie-vormige planken gedreven in spleten in de schijf. Een wiel van dit maaksel
heb ik nergens elders in de wijde streek gezien!
Let op het ongewoon hoog aantal palen in de cárcavo (12).
Ze vormen het stop-systeem, de paradera
(15 - 17). Gezien de open goot
is er geen botana
met een klep waarmee de molenaar het water kon afsluiten
wanneer de kaar leeg liep, of wanneer een stop voor een andere reden nodig was.
† Molino de Lacabezonada —geraadpleegd in V.2017— SIPCA - Sistema de Información del Patrimonio Aragonés: website op www.sipca.es
‡ Een ander soort paradera kan men zien in de molen van Pedro Buil in Sarsa de Surta.