Molens in Alto Aragón – harinero, aceitero
Sieste
Sieste ligt vlakbij Boltaña.
Vind Boltaña op de hoofdweg tussen L'Ainsa en Broto - Torla.
Komende uit L'Ainsa linksaf rijden vlak voor je Boltaña bereikt. Kruis de brug richting Margudgued,
en neem de eerste weg rechts voor Sieste. De weg meandert eerst door de akkers en klimt dan
een heuvel op. Je kan de wagen kwijt bij de afslag naar het dorp.
Wandel nu terug tot je een oud pad vindt tussen stenen muurtjes. Loop het pad af en
heel spoedig krijg je de vallei van de Río Sieste in zicht met de molen in de
diepte. Loop door tot je een punt bereikt waar de helling minder steil is.
Let op een aantal grotere platte stenen en een onduidelijk pad dat naar beneden leidt.
Daal af in de bedding en loop tegen de stroom in naar de molen.
Foto's: 27.xii.2006, 29.xii.2018
(21) Voorgevel van de molen; de rivier is links
De molen vertoont een min of meer L-vormig grondplan (24)
met het lange been evenwijdig met de rivier. de ingang (21) is een lage een vrij brede opening in de korte wand
op het noorden gericht. De latei boven de deur bestaat uit een grote natuurstenen monoliet.
Inscripties (22) vullen een groot deel van de latei.
Ze zijn moeilijk te lezen, maar met behulp van wat schoolkrijt konden we ze ontcijferen: vier namen,
wellicht de bouwers/eigenaars van de molen, en het jaar 1807, wellicht het bouwjaar.
†
JHS
AÑO 1807
JUAN ALBAS JUAN GIL FRANco ALBAS JpHSARR R?
(22) Latei boven de ingang — JHS=Jesus Christus; FRANco=Francisco; JpH=José
Vanaf de deur (24e) is de indeling van de werkvloer goed te zien. Het is één grote ruimte zonder scheidingswanden. Centraal in deze ruimte staat het pronkstuk van deze molen: een prensa de barra y husillo
(staaf- en schroefpers, 23, 24p). De constructie leunt naar één kant, net als de toren van Pisa. Er werd gepoogd om het probleem met steunbalken op te lossen, maar duidelijk zonder het verhoopte effect.
Dit type pers vraagt veel minder vloeroppervlak en vrije hoogte dan de typische cantileverpersen uit oudere tijden (zie bijvoorbeeld
Panillo). Het is volledig gemaakt van hout en we denken dat dit het laatste exemplaar is dat tot nu toe bewaard is gebleven. Alle andere exemplaren van dit type die we hebben gezien, zijn altijd gedeeltelijk
(
Almazorre) of geheel (
Buera) van metaal gemaakt.
(23) Werkvloer (foto vanaf net binnen 24c, kijkend naar de ingang)
De horizontale balk, marrano
, die op en neer beweegt in de sleuven van de verticale palen, wordt door een stok in het gat van de kop van de schroef (25) bewogen. Door deze directe overdracht en de specifieke eigenschappen van de schroef vergt het systeem nog steeds veel inspanning van de molenaars.
Modernere modellen van hetzelfde type zijn uitgerust met een tandwielsysteem en kunnen met minder inspanning een veel hogere druk bereiken (
†). Maar er was ook een groter risico op breuk: vooral de kop van de pers was kwetsbaar. Daarom werden efficiëntere systemen altijd tenminste gedeeltelijk uit metaal vervaardigd.
(24) Vloerplan van de molen
(25)
De kop van de pers draagt de inscriptie
AÑO 1807 (26, 27)
We hebben hetzelfde jaar gezien boven de ingang en ook op de pers in de molen van
Palo.
De bodemplaat (28) van de pers, doorgaans van steen gemaakt, is ook van hout.
De grondplaat is elliptisch en de rand is in boogjes gesculpteerd. De pers is op verschillende plaatsen versterkt
met metalen banden.
(26) Kop van de pers — 2018
(27) AÑO 1807 — 2006
(28) Voet, regaifa
, van de oliepers
Het gedeelte van het gebouw dat het verst van de deur verwijderd is, is veel smaller dan de rest (24, 29). Dit is de kamer waar het echte malen plaatsvond. We vinden een molensteen voor graan (24s, 32) en een kantsteen voor olijven (24t, 30).
De torno
waar de olijven werden gemalen is ook een van de vroege modellen.
De grondplaat (∅ 250cm) is bekleed met natuursteenplaten die vrijwel perfect op elkaar aansluiten (31). De rolsteen is kegelvormig afgeknot. Opvallend is dat de zijkanten niet vlak zijn, maar een opstaande rand en cirkelvormige verhogingen vertonen (30).
(29) links: runner (zie 32); rechts: kollergang met kantsteen (zie 30)
(30) Geknotte kegelvormige kantsteen van de kollergang —
∅ 85–90cm; dikte 35cm
(31) Platte stenen die de kollergang afboorden
(32) ∅ 130cm; dikte 38cm
De kantsteen (30) wordt aangedreven door een horizontaal waterrad.
In ons studiegebied gebruiken slechts een handvol molens waterkracht voor het malen.
Spierkracht wordt vaker gebruikt, omdat dit een regio is waar water een groot deel van het jaar een kostbaar goed is.
Vind een soortgelijk apparaat in Trillo, een oliemolen uit ongeveer dezelfde tijd.
De loper (32) is een ouder type monoliet, niet een van die
moderne samengestelde stenen. Geen andere uitrusting voor een bloemmolen werd gevonden.
Rekening houdend met de krappe plaats voor de graanmolen, zal die wel niet erg belangrijk geweest zijn en
wellicht maar beperkte hoeveelheden voer geproduceerd hebben.
Links van de entree geeft een smalle opening in de muur toegang tot een kleine en lage ruimte (24a, 21 links). Het is niet duidelijk wat het doel ervan was.
Berekeningen op de oliemolen van
Olsón tonen dat een druk tot 39 kg/cm
2 (41 atm) kan bereikt worden.
See: Vanhercke, L. & Anselin, A.
— 2022 — A la búsqueda de Molinos. Volver a Olsón.
el Gurrión viii.2022, N° 168. Labuerda, I.S.S.N.: 1130-4960. pp.11–13.