Als je aankomt, lijkt de molen in prima conditie.
Die indruk verandert snel als je naar de andere kant doorloopt.
De molen is half ingestort en de Río Ena staat klaar om de rest
weg te eten.
Dit was wellicht een belangrijke molen.
Er zijn twee ruime cárcavos.
In de rechtse ligt nog een ijzeren wiel (rodete).
De molen moet echter vrij snel door zijn water heen geraakt zijn,
want de molenvijver is niet bijzonder groot, en de Ena niet erg waterrijk.
Toen we de site in November 1998 nog eens
bezochten was er een man aan het werk. Het was de man van de kleindochter van de
laatste molenaar. Hij was met pensioen en had nu de tijd en
de bedoeling om de molen te redden.
Belangrijk: hij had de plaats al versterkt.
Grote rotsblokken verhinderden dat de Río Ena nog meer
van de molen kon mee sleuren.
Er is nog volop af te werken, maar ik durf hopen dat het volgende bezoek
ons aangenaam zal verrassen.